Fotograaf: Peter Stassen

Voor onze paarden thuis woonden dacht ik het allemaal wel aan te kunnen. Weinig kon ik toen vermoeden wat ik allemaal nog zou leren. Op de manege waar onze paarden eerst stonden kon ik mij niet verenigen met de visie en de waarden van de manege, en leerde ik dus niets. Nadien had ik het geluk in een kleine ranch in de buurt mensen te vinden die mijn waarden wel deelden, en kon ik wel met mijn eigen paarden leren. Ik kon volop bezig zijn met de vraag “Hoe kan ik een paard in de mensenwereld laten wonen, hem zijn vrijheid laten inruilen voor samen-werking,… met zo min mogelijk schade aan zijn natuur?” Wat een verademing was het om te kunnen proeven en te ontdekken wat “goed” was voor onze paarden! Daarvoor ben ik de mensen van de kleine ranch voor eeuwig dankbaar.

Na een jaar kwamen de paarden bij ons wonen, en toen is het echte leven en leren begonnen. Met veel nadenken, fouten maken, boeken lezen,… begon ik een zoektocht naar oude en nieuwe technieken en oude en nieuwe filosofieën. Uiteindelijk heb ik ingezien dat het als paardenmens een fundamentele vereiste is om 1) 100 procent voor het welzijn van het paard verantwoordelijk te zijn, en 2) met het paard een goede relatie aan te gaan. Door zelf dag in dag uit met de paarden te leren en te ervaren, ben ik tot deze basisprincipes gekomen.

Trainen lukte niet vooraleer mijn paarden en ik elkaar gevonden hadden. Er was veel werk op het vlak van relatie en communicatie. Mijn vaardigheden moesten worden bijgewerkt en ik moest mij aan mijn paarden aanpassen. Ikzelf, mijn (aan)voelen, mijn handelen, mijn motivaties, mijn doelen,… gingen een paar keer door de molen om “problemen” met de paarden op te lossen. Vele mensen verwachten dat een paard zomaar voor hen gaat werken, respect en gehoorzaamheid gaat tonen, en dat lukt ook wel, maar dan enkel met dwangmiddelen. Een goede relatie en een goede communicatie moeten de basis van alle werk zijn. Dit betekent: je paarden laten zien dat ze zichzelf kunnen zijn, dat ze de keuze hebben om al dan niet bij je te zijn. Onvoorwaardelijke liefde en vertrouwen geven. Rust en tevredenheid uitstralen. En als je dat allemaal doet, dan kiezen jouw paarden voor jou. Vroeg of laat, in hun tijd! Zo heb ik, na veel leren en ervaren, begrepen dat paarden gevoelige, denkende en voelende dieren zijn, heel goed in sociale relaties met elkaar en met ons, nieuwsgierig van aard, en bereid om iets nieuws te leren indien ze zich bij jou voldoende veilig voelen. Echte paardenlessen, en levenslessen tegelijkertijd!

“Bonding” of een goede connectie is het allerbelangrijkste met een paard. Paarden zijn nieuwsgierig en willen zich graag aanvaard voelen. Ze zijn eigenlijk altijd op zoek naar familie en vriendschap (een kudde). Wanneer ik naar mijn paarden ga, laat ik ze altijd vrij om zelf een connectie te maken. Ik verplicht ze nooit om naar mij te komen. Wanneer ze mij een signaal geven met een oor, een oog, een neus, een been, zorg ik dat ik dat signaal zeker “gezien” heb, en dan bevestig ik dat met een teken/signaal van mij. Wanneer ze geen connectie maken, zal ik ze niet achterna gaan. Hier-en-nu inspelen op hun natuur, op wie ze zijn, aandacht geven in de plaats van aandacht vragen. Geen pijn en geen angst, maar veiligheid en bescherming. Enkel dan is er communicatie mogelijk in een taal die voor paarden verstaanbaar is.

Met onze paarden heb ik gemerkt dat VOELEN en BEGRIJPEN eigenlijk hetzelfde zijn. Het dubbelprincipe is: 1. Alleen hij die zijn paard kan voelen, kan zijn paard ook echt begrijpen; 2. Wie niets voelt, begrijpt ook niets, noch van zichzelf, noch van zijn paard. Merk de gelijkenis met de uitspraak van Fritz Perls: “Loose your mind and come to your senses”, evenals het afwijzen van het (rationele) denken ten voordele van de intuïtie in Gestalttherapie. Voelen heeft dus niet de betekenis van sentimenteel contact, maar wel van invoelen, aanvoelen, mentaal contact met het gevoelde. En tevens is het een activiteit: je antwoordt en reageert ook op wat je voelt. Daarom is voelen de meest intensieve vorm van zijn, een basisfunctie die meer nog dan ons denken ons mens-zijn bepaalt. Juist voelen vormt ook de basis voor elk leidinggevend optreden. Dat mensen dit niet inzien, is een noodlottige zaak en maakt dat er in de paardenwereld zo veel problemen zijn.

Bij paarden hoef je je gevoel niet te verwoorden zoals bij mensen. Je paard neemt het intuïtief in zich op. Wat jij als mens voelt komt onbewust tot uiting in je stem, je bewegingen, gebaren, je mimiek. Op deze manier komt je paard tot de belangrijke ervaring dat hij aanvaard is of niet. Van Tom Dorrance wordt gezegd dat hij van elk paard gewoon wist wat het zou doen voor dat het gebeurde. Zo scherp was zijn intuïtie, na al die jaren met paarden te hebben gewerkt. Kinderen hebben vaak nog de gave iets te kunnen doen zonder er bij na te denken. Je ziet vaak paarden met jonge kinderen, helemaal in het nu en in harmonie met elkaar.

Paarden confronteren ons met wie we zijn en met wat bij ons leeft. Mensen komen zichzelf als in een spiegel tegen wanneer ze met paarden omgaan. Een paard zal aan zijn mens duidelijk maken wat hij/zij over hem denkt door te laten zien hoe hij/zij zich bij hem voelt. De hele discussie over respect van paarden gaat eigenlijk over het onvermogen van de mens om bij het paard een gevoel van respect op te roepen. Het paard heeft/voelt geen vertrouwen in ons, onze manier van zijn, en wil weg. “Heeft het paard nu geen respect of heeft het misschien met mij te maken”, is de vraag die men zich dan moet stellen.

“Wie ben ik voor mijn paard?”. Eerlijke zelfkennis is een absoluut noodzakelijke voorwaarde om met paarden om te gaan. Je gevoelsfunctie moet intact zijn. Invoelend begrip en de bereidheid tot voelen moeten aanwezig zijn. Mensen met kinderlijke, egoïstische en agressieve trekken, de kleine Hitlers en Stalins van deze wereld, blijven dus beter bij paarden weg. Een paardenmens moet echt van paarden houden, welke hoge eisen ze hem ook stellen. Je kan als mens nooit vooraf weten wat er nodig is om een paard tot in zijn hart te bereiken, je moet er altijd naar op zoek gaan.

Het komt er dus op aan niet met onze hersens maar met ons hart te (leren) denken. Wanneer ik dat aan mensen vertel, ga ik met mijn hand van mijn hoofd naar mijn hart, en meestal voelen mensen dan iets onbekends en toch innig vertrouwds in zich naar boven komen (een Gestalt, een gevoel in het lichaam). Mensen vinden de weg naar zichzelf, wanneer ze hun hart ontdekken. Dank zij deze visie ervaar ik veel plezier met mijn eigen paarden, maar ook veel onvrede met betrekking tot de conventionele doelen en relaties met paarden die bijna overal te zien zijn. Ik ga nooit meer een manege binnen, en ook niet naar paardenmarkten zoals onlangs hier in de streek. Ik zie veel te veel de vernietigende werking van mensen die zich met paarden inlaten zonder respect, zonder liefde. Ik voel mij dan zo onaangepast aan de paardenwereld zoals ze is, dat ik liever thuis blijf, waar ik mijn paarden kan graag zien en waar ze helemaal zichzelf kunnen zijn, omdat dat voor mij belangrijk is.

“The knowledge of object is the knowledge of mind. The knowledge of being is the knowledge of awareness. In becoming aware of awareness one becomes aware of the beingness of ones own being. In becoming aware of the beingness of ones own being one becomes aware of the beingness of being of another being.” (Rudolph Bauer)