Fotograaf: Maaike van Klooster

Als paardeneigenaar ben ik veel bezig met het zorgen dat mijn paarden zich zo goed mogelijk voelen. Maar ik heb ervaren dat paarden er ook voor zorgen dat wij ons beter voelen. Afgelopen zomer had Nora aan het einde van de middag ineens koliek. Ze liep net een uurtje op de wei toen ze terug kwam naar de paddock en driftig ging schrapen. Ik vertrouwde het gelijk niet en ging naar haar toe. Ze had duidelijk pijn en wilde af en toe gaan liggen. Mijn eerste reactie was proberen haar te helpen met TTouch. Dat was al vaker gelukt; de vorige keer dat ze suf stond en buikpijn had, deed ik wat “TTouches” over haar buik en binnen 5 minuten stond ze weer te eten. Dat was nu helaas niet het geval. Ze leek ook wel wat in paniek waaruit ik opmaakte dat het nu toch wel erg veel pijn deed.

Ook een spuit “Colosan” bleek dit keer niet echt veel uit te halen dus het duurde niet lang voordat ik besloot de dierenarts te bellen. En wat lijkt het dan lang te duren voordat ze er zijn. In de tussentijd liet ik Noor maar een beetje doen, probeerde haar duidelijk te maken dat er hulp aankwam en ging een eindje rustig met haar lopen. De dierenarts kwam snel met de diagnose buikkramp en Noor kreeg een paar injecties waardoor ze zich vrijwel direct weer wat beter ging voelen. Om haar nog even in de gaten te kunnen houden en weg te houden van het eten, zette ik haar apart op de paddock en ging verder met wat ik eigenlijk van plan was om te gaan doen, namelijk poep scheppen.

Op de terugweg van het legen van de kruiwagen voelde ik me ineens doodmoe en nog voordat ik thuis was, voelde ik de tranen al opkomen. Ik kon ze nog even inhouden, ging bij Noor op de paddock zitten en heb daar een poosje zitten huilen. De stress om Nora, die ik in een hele korte tijd had opgebouwd, moest er blijkbaar op deze manier even uit. Noor kwam direct bij me staan en liet haar neus op mijn knieën rusten. Na een tijdje viel het me op dat ze heel diep en rustig ademde, alsof ze me wilde zeggen: ‘rustig maar vrouwtje, haal maar gewoon adem’. Precies zoals ik altijd doe als ik bij de pony’s zit en mijn hoofd leeg wil maken, om zo met de pony’s op één lijn te komen en aan het werk te kunnen. Stiekem bracht dat me wel een beetje aan het lachen. Het was alsof ze me op mijn plek wilde zetten en me daarmee weer terugbracht naar het hier en nu.