paardenkennis ervaring

En toch valt er iets te zeggen over onbeschreven blaadjes, want laat dit net diegenen zijn die alles zuiver en met een onbevooroordeeld oog kunnen observeren en beoordelen.

Paardenkennis

Ik was zo’n blaadje, nog quasi onbeschreven wat paardenkennis betreft. Hoe het niet moest was me al snel duidelijk geworden, maar hoe dan wel dat was me tot op dat moment nog niet helemaal duidelijk. Wat ik wel met absolute zekerheid wist, is dat onze pony zo snel mogelijk een andere thuis moest krijgen. Om haar dit te kunnen geven, moest ik ook voor een weidemaatje zorgen, zoveel was wel zeker. Aangezien ik droomde van een eigen paard dat ik van begin af aan kon opleren en opvoeden, gingen we voor een veulen. Helaas… in mijn haast Misty een betere thuis te geven, ging ik totaal voorbij aan de noden van dat veulen. Op een ver van katholieke manier werd Fadista té snel en té abrupt van haar mama gescheiden. Een vergissing, die ik toeschrijf aan mijn toenmalige onwetendheid, maar waarvan ik me desondanks absoluut niet wens vrij te pleiten. Lange tijd nam ik het mezelf kwalijk totdat Fadista zelf me het bewijs leverde dat ze ondanks deze mindere start toch tot een sterke, zelfbewuste dame uitgegroeid is.

Veulen

Daar stond ik dan met een veulen van zes maanden oud, nog maar net bij haar mama weggerukt. Hoe ik dit moest aanpakken, Joost mocht het weten! Ik vertrouwde er vooral op dat de tijd alles wel zou uitwijzen en dat de juiste mensen op het juiste tijdstip mijn pad wel zouden kruisen. De eerste dierenarts, die ons een bezoekje bracht, verklaarde me volslagen zot. Hoe haalde ik het in vredesnaam in mijn hoofd om als leek aan een veulen te beginnen? Waar zat ik met mijn gedachten? Ik wist toch helemaal niet waaraan ik begon! Mijn tegenwerping dat je toch ook meestal een puppy in huis neemt en geen volwassen hond bleek niet in goede aarde te vallen bij haar. Net zomin als de opmerking dat je wanneer je voor de eerste keer ouder wordt je daar ook geen handleiding bij krijgt, dat dit net als de opvoeding van een kind ook een proces van vallen en opstaan is, van fouten maken en gedrag bijstellen. En ja, ik begrijp en begreep toen ook al dat een jong paard niet te vergelijken valt met een kind. Een jong paard weegt 200 à 300 kg een kind slechts 1/10 of 1/20 van dat gewicht. Verder zie ik eerlijk gezegd – mits je je een beetje verdiept in het natuurlijk gedrag van een paard, werkelijk tracht te luisteren naar hen en hen niet benadert vanuit een mens/paard-relatie maar vanuit het idee van mens tussen de paarden- niet zo gek veel verschil. Ik wou zicht hebben op de levensloop van mijn paard, op de hoogte zijn van haar achtergrond, van wat ze heeft meegemaakt zodat ik daar op kan inspelen. Ik wou haar kunnen begrijpen, aanvoelen, onder haar vel kruipen… Kort samengevat, ik wou dat we twee handen op één buik zouden zijn.

Raad

Net als het merendeel der onervaren, onzekere mensen besloot ik raad te vragen aan mensen die al langer met paarden bezig waren. Dit kan in se een prima keuze zijn, waarvan je een boel kan opsteken maar hoeft dat niet per definitie te zijn. Het laatste was het geval toen we Fadista één week na de abrupte scheiding van haar mama voor de eerste maal uit haar stal trachten te halen om samen met de anderen naar de weide te gaan. Wat een gevecht! Onderweg steigerde ze zo hard dat ze achterover viel op haar rug. Ik keek het schouwspel huiverend vanop een afstand aan. Was dit wat me vanaf nu elke dag te wachten zou staan? Hiervoor bezat ik toch helemaal de kennis niet, laat staan de kracht. Ik liet alles even bezinken en besloot het allemaal rustig aan te doen. Fadista zou de volgende dag, terwijl de anderen even de weide op gingen, gewoon op stal blijven om tot rust te komen opdat we samen de nodige stappen zouden kunnen nemen om op haar eigen tempo en zonder dwang de deur uit te wandelen.

Kennismaking

Terwijl zij alleen achterbleef in haar stal maakte ik van de gelegenheid gebruik om haar beter te leren kennen. De voorgaande dagen had ik ruimschoots de gelegenheid gehad om Misty te observeren en met mijn ogen te stelen hoe zij dit deed. Zo goed en zo kwaad als mogelijk trachtte ik dit ritueel te imiteren. Staande in Misty’s stal drukte ik mijn neus tegen de tralies die mij van Fadista scheidde. Nieuwsgierig als ze was, kwam ze behoedzaam dichter haar neusje ook tegen de tralies drukkend. Zachtjes liet ik een luchtstroom door mijn neusgaten in de hare vloeien. Op deze manier kon ze rustig wennen aan mijn geur zonder overweldigd te worden door mijn directe en voor haar op dat moment allicht nog té bedreigende nabijheid. De eerste stappen in onze kennismaking waren gezet. De komende dagen bouwden we rustig verder aan onze band totdat ze klaar was voor een volgende stap; mijn aanwezigheid in haar box. Daarna volgde de gewenning aan het halster om tenslotte de grote stap naar buiten te wagen. Alles verliep in minuscule, kleine stapjes en voor velen waarschijnlijk op een tergend traag tempo, maar de aanpak wierp duidelijk vruchten af. Na een volledige week van voorzichtige gewenning, waarvan de laatste drie dagen enkele aarzelende pogingen om uit de box te komen – ik hield de deur open waarop ze eerst wantrouwend haar neusje buiten stak om vervolgens wanneer het veilig leek al eens een voetje buiten de stal te plaatsen- waagde ze opeens de grote stap. Zelfverzekerd, zonder ook maar het minste greintje angst noch dwang wandelde ze naar buiten, de anderen tegemoet.

Fadista

Vandaag telt Fadista goed drie lentes en is ze een paard dat stevig in haar hoeven staat. Sporen van onzekerheid of trauma vertoont deze flamboyante señorita in de verste verten niet. Ze vertrouwt me voor de volle 100%, wat zeker niet wil zeggen dat ze me blindelings in alles volgt. Ze is een pittige merrie met een sterke eigen wil, een merrie met ballen aan haar lijf. In onze mini-kudde is zij de Jan zonder Vrees van de bende, altijd als de kippen erbij om een nieuwe situatie te verkennen. Afgelopen voorjaar legde ik haar op de weide voor de eerste maal een zadeldek op. Ze liet alles gebeuren zonder ook maar één vin te verroeren. Enkele weken terug volgde dan het zadel. Ze keek even onverstoord over haar schouder, zag dat alles goed was en liet verder alles rustig betijen. Vervolgens zetten we samen enkele stapjes in de paddock. Ook de tegen haar flanken bungelende stijgbeugels konden haar weinig deren. En deze week leerde ze op de correcte plaats langs het opstapje halt te houden en geduldig te blijven wachten totdat ik – in de toekomst dan toch alleszins, voorlopig blijft dit beperkt tot over haar rug leunen – op haar rug kruip. Ook dit doet ze als een volleerde pro zonder ook maar even te verpinken.

The Mind: a beautiful servant, a dangerous master – Osho